Er waren dagen. Vrolijke dagen, droevige dagen, dagen waarin je overkookte van woede en dagen waarop je wenste dat je nooit geboren was. Iedereen had wel eens van dat soort dagen. Sommige hadden vaker vrolijke dagen, bij andere hadden de droevige dagen de overhand. Het verschilde per persoon. Van mens tot mens, het was anders. Deco kon niet bepaald begrijpen waarom sommige elke dag lachend doorkwamen en anderen in een hoekje weg lagen te kwijnen, bang en alleen. Ze begreep sowieso niet hoe je je dagen lachend en vrolijk door kon gaan. Er was niks vrolijks aan het leven. Iedereen had wel eens een zonde begaan. De een vaker dan andere, of erger dan de andere. Kon je die zonde dan gewoon vergeten? Nee toch? Zoiets zou je voor de rest van je leven blijven achtervolgen. Je nooit loslaten. Bij je blijven en je langzaam van binnen uit verteren totdat er niks meer van je over was. Misschien pleegde je wel zelfmoord voor dat dat laatste scenario. Er waren er genoeg die dat deden. Deco had het geprobeerd, maar het was op niets uitgelopen. Het pistool was leeg geweest, geen kogels waren er meer over. Soms hoopte ze met heel hart dat het destijds anders was geweest, dat ze zichzelf werkelijk door haar kop had kunnen schieten. Dan had ze veel dingen niet meegemaakt en hoefde ze niet meer na te denken over alles zonde die was begaan. Rust, die had ze dan. God, wat leek het haar heerlijk om rust te hebben. Niet meer te hoeven denken aan al het nare en gewoon rustig je leventje te kunnen lijden. Heerlijk. Maar daar was het al te laat voor. Het was immers haar eigen schuld. Wie fouten maakte, moest daar nou eenmaal voor boeten. En toch.. Als haar broer er niet was geweest.. Dan was ze nu waarschijnlijk een normaal meisje geweest die zich focuste op school en met vriendinnen rondhing. Ze had een trauma overgehouden aan wat ze gedaan had, iets wat eigenlijk niet haar schuld was, maar die van haar broer. Trauma's waar ze nooit meer overheen zou komen.
Waarom Deco op deze school zat, wist ze niet. Ze zat hier gewoon op, om weg te zijn van thuis, een plek waar ze sowieso toch niet meer heen kon. Thuis was niet meer, die was weg. Eigen schuld dikke bult. Een diepe zucht verliet haar mond. Ze deed enkel en allen het gedeelte sport omdat ze gewoon totaal niet artistiek was. Ze had een hekel aan beeldende kunst en kon haar gevoelens gewoon niet uitbeelden met een kwast, een instrument of wat dan ook. Waarschijnlijk dachten de meeste mensen om haar heen zelfs dat ze helemaal geen gevoelens had. Niks was minder waar. Deco had gewoon moeite met het laten zien van haar emoties. Ze wilde niet kwetsbaar zijn, alles behalve dat. Daar in tegen was het enige vak wat ze dan wel weer leuk vond Verdedigings Techniek en Vechtsport. Ze had geen idee waarom. Gewoon, zei ze meestal wanneer iemand er naar vroeg. Of ze negeerde die persoon, een methode die over het algemeen goed werkte. Ze had na verloop van tijd een eigen aanvalstechniek ontworpen, iets wat tot nu toe extreem goed werkte. Verliezen deed ze niet snel. Ontwijken was haar specialiteit, aanvallen blokkeerde ze met een stok. Wanneer ze de kans had om aan te vallen gebruikte ze een mes, iets wat normaal gesproken niet hoorde bij dat vak. Maar Deco had daar lak aan, ze deed wat ze wilde.
Zucht zucht zucht. Ze verveelde zich. Deco hield ervan om buiten te zijn -ze was bang voor kleine ruimtes- maar er was vaak niks te doen. Ondanks dat ze vaak alleen en stilletjes zat in het gras, verveelde ze zich snel. Als ze eenmaal iets had gevonden om te doen kon ze daar uren mee bezig zijn en er helemaal geconcentreerd in opgaan. Maar dat gebeurde dan ook maar zeer zelden. Op dit moment zat ze gewoon een beetje in het gras, zuchtend en steunend, gras uit de grond te pikken. Het was iets raars, maar op een of andere manier móést je het gras plukken wanneer je erin zat. Raar maar waar. Nogmaals verloor een zucht haar mond. Dit was saai.
"fail, sorry. Butyeah, je moet het ermee doen ;p"